In een tijd waarin het lijkt alsof we de toekomst steeds verder voor ons uit willen schuiven, kan het helpen om eens even over de grens te kijken, waar de dag van morgen wel bepalend is voor de beslissingen van vandaag.
In Denemarken is vorige week besloten om grootschalig weides en akkerland om te zetten naar oerbossen. Binnen twintig jaar zullen de Denen een miljard bomen hebben geplant, voor betere lucht en schoner water. Met een baanbrekend landbouwakkoord wordt 15% van de landbouwgrond getransformeerd tot natuur, in totaal 390.000 hectare!
In Nederland zou 15% van het landbouwareaal neerkomen op 330.000 hectare. Dat is meer dan het dubbele oppervlak van de vier IJsselmeerpolders, de landbouwgrond die we in de vorige eeuw juist met pijn en moeite (en trots!) aan Nederland hebben toegevoegd. Wat ons te doen staat is dus niets minder dan een nieuwe grootste verandering in ons landschap. Maar ondertussen stapelen problemen zich buiten Den Haag ongehinderd verder op en houdt de planologische gemeenschap de vooruitgang gegijzeld door een roep om integrale planvorming.
Mis! Er is geen behoefte aan integrale planvorming. Er is behoefte aan prioriteiten stellen, een primaire keuze waaruit al het andere kan worden afgeleid. Zo zijn de Deltawerken gemaakt, zo zijn de Ijsselmeerpolders tot stand gekomen. Zo doen we dat in Holland.
Henk Hartzema, LinkedIn